Ik sprak met enkele bekenden en ondertussen maakte ik de Tomasco gereed.
Al snel zaten we op het water en toen bleek ook wel dat Jan-Philipp er echt aan toe was: een dag weg van de dagelijkse stress. We begonnen met verticalen. Aanvankelijk was er weinig succes. Ik was bij Philipp voor in de boot gaan zitten en leerde hem de kneepjes. Ondertussen kon ik de boot met behulp van de Minn Kota mooi op de stek houden. En jawel, daar kwam die plotselinge kromming in de hengel en kon Philipp gaan drillen.Een mooie baars deed zijn jongenshart sneller kloppen.
Ondertussen trok de wind als maar harder aan. Het verticaal vissen lukte nauwelijks meer. Ik zocht de gaten langs de rivier op en daar sleepten we met pluggen en visten in de luwte nog enkele stekken verticaal af. Het mocht echter niet baten. Wellicht dat de vissen het naderend onheil voelden aankomen en zich gingen helemaal koest hielden.
Omdat we toch behoorlijk ver van de trailerhelling zaten en de lucht steeds dreigender werd besloot ik terug te gaan. Met de wind in de rug en tegen de stroom in, werden er dieplopende pluggen ingezet.
Dit bleek een goede keuze te zijn. Op een meter of zes diep kon een snoekbaars de plug niet weerstaan.
Jan-Philipp nam de dril voor zijn rekening en mocht de stevige snoekbaars aan de camera tonen.
Dit gaf in ieder geval weer hoop. Terwijl de dreiging in de lucht steeds groter werd, koersten wij richting trailerhelling. En wij waren niet de enigen, want de andere boten toonden dezelfde actie.
Dat nam niet weg dat we nog steeds de pluggen in het water hadden. En niet voor niets, want niet veel later kwam er nog een snoekbaars binnen. De dril viel niet mee in die harde wind, maar de voldoening was des te groter.
Ik kreeg wel steeds meer haast. Vlak bij de helling zocht ik nog even de luwte van een putje en bood de snoeken een dieplopende plug aan.
Het ging echter gewoon niet meer en daarom besloot ik het water zo snel mogelijk te verlaten. Ik wilde vader en zoon zo spoedig mogelijk in hun auto hebben.
We zagen dat alle boten op hoge snelheid de helling opzochten. Daar aangekomen heb ik Jan-Philipp en zijn zoon direct naar de auto gestuurd. Omdat alleen traileren al helemaal geen optie was, vroeg ik Tjeerd, een goede bekende en NKS-visser of hij de Tomasco wilde varen, zodat ik de trailer kon halen. Dit was geen enkel probleem en in het besef dat nu alle handen nodig waren, werden de boten met behulp van vele handen vliegensvlug getrailerd.
Later hoorden we van hetgeen zich enkele kilometers verder had afgespeeld en realiseerden we ons wat ons had kunnen gebeuren. Niet dat we onvoorzichtig waren geweest, maar je kunt de krachten van de natuur dus altijd onderschatten. Dat is wat we er van hebben geleerd. Tevens bleek later hoe inspannend zo'n trip dan is. Niets ontspannen, maar juist het tegendeel. Ik was blij dat ik thuis was en Jan-Philipp bleek ook uitgeput toen hij zo'n 150 km verder, de thuisreis had voltooid.