Pages

vrijdag 24 januari 2020

24 januari 2020 Takken en snoeken

Met de vakantie in Schotland in herinnering, vieren we een vangst met een kruidenbittertje.
Deze week was er nog geen gelegenheid geweest het water op te gaan. Ondertussen had ik wel talrijke zaken onderhanden gehad. Als het betere weer dan komt, hoef ik niet meer te stressen om voor de deadline nog even allerhande administratieve en fiscale verplichtingen na te komen. Een mooi vooruitzicht toch.

Deze ene dag wilde ik er absoluut toch even uit. Twee contacten hadden geen gezelschap opgeleverd en toen ik van Jöran een berichtje kreeg over het resultaat van die dag, liet ik hem weten dat ik de volgende dag wilde gaan en nog plek had in de boot. En zo kwam het dat hij de volgende ochtend bij mij voor de deur stond om samen op stap te gaan.

Het was weer koud en mistig, evenals de voorgaande dagen. Wij hoopten op een zonnetje in de middag en vertrokken welgemoed. Op naar klein water, nu bleek dat onze grotere omringende wateren weinig vis prijs gaven. Het was nu echt weer de tijd van de lange stiltes, in afwachting van ...... Ja, waarvan eigenlijk. Het kon nog echt winter gaan worden, maar wellicht ook voorjaarsachtig.

Het maakte eigenlijk ook niet uit. Wat we zeker wisten, was dat we uitkeken naar mooie vangsten, hoewel een magere visdag geen straf is. Op het water zijn, met alle comfort en fijn materiaal om mee te vissen is al een feest. Fijn gezelschap maakt het helemaal compleet. En af en toe een ritueel om bepaalde pieken te onderstrepen.

Bij het water aangekomen, zagen we hoe een bellybootvisser zijn vliegenlijn hanteerde. Dapper hoor om dit bij een watertemperatuur van 5,8 graden Celsius aan te gaan. Hij was nog maar net van start gegaan en we wensten hem veel succes.

Wij startten even later de motor en voeren weg in de andere richting. Ik had twee hengels in bedrijf genomen, terwijl Jöran helemaal  voor de Wobshad op de handhengel ging. Deze kwam dan ook de hele dag niet in een steun te staan, zodat hij alle "aanbeten" goed kon voelen. Achteraf constateerden we dat de takken minsten zoveel aanbeten opleverden als de vis.

De consequentie van die takkenbeten was dat we meerdere malen terug voeren om de takken te onthaken. Het is wel een bekend verschijnsel op dit water met de vele bomen op de oevers. De takken leverden zowel slepend als verticalend aanbeten op. En dan de twijfel: beweegt deze tak of lijkt het maar zo? We maakten het allemaal mee en hoe mooi is het dan als de tak verandert in een snoek!

Eindelijk een (mooie) vis, halverwege de dag.
Daar moesten we echter nog lang op wachten. Want we sleepten heel wat kilometers af, afgewisseld met een paar plekken waar het ons kansrijk leek om verticaal te vissen. Later moesten we vaststellen dat de eerste helft van onze tocht visloos bleef. "Ze deden hun bek niet open". Zo troostten we ons als er helemaal niets gebeurde en de ervaring had ons geleerd dat dit een waarheid als een koe is.

Jöran bleef vertrouwen hebben in de door hem aangeboden Wobshad. Zelf had ik de Pikefighter vervangen door een Little Ernie en de Ikiru door een RK Crawler. Zo zie je maar weer hoe mensen kunnen verschillen. Jöran met één hengel, constant in de hand en consequent in dat ene stuk kunstaas blijven geloven. Ik heb die rust blijkbaar niet, hoewel ik het veel extremer mee heb gemaakt.

Dan eindelijk, op het punt waar ik wilde keren om de terugreis te aanvaardden, voelde ik de aanbeet. Gelukkig had ik nu juist wel de hengel in de hand. Het voelde ook direct goed aan. Ik zette de Minn Kota in de ankerstand en concentreerde me op de dril. Deze leverde ten slotte een flinke snoek op. Eindelijk! We waren er uiteraard blij mee, te meer daar het toch een flink exemplaar betrof. Ook het geloof kwam weer terug in de vorm van hoop op meer.

Een gezellige combinatie.
Tevens was dit het moment om op te drinken. Een ritueel dat veel te vaak vergeten wordt. Vandaag werd er dus wel aan gedacht en zo werden twee glaasjes gevuld met kruidenbitter. Proost!

We moesten nog wel geruime tijd wachtten op de invulling van onze hoop. Tussendoor hadden we nogmaals verticaal gevist en andermaal geen enkele aanbeet mogen ervaren. Het was tevens behoorlijk koud en de zon lukte het de hele dag niet om door te breken. Iets waar wij op hadden gehoopt, in het vertrouwen dat de vis dan actiever zou worden.












Dan opnieuw een tak voor Jöran............ Hij twijfelde en het duurde even voordat hij het zeker wist. Hij ervoer het schudden van de kop van een grotere vis. Ondertussen lag de boot al weer voor anker en hield de Honda zijn mond. Zo genoten we optimaal van de dril en konden ons volledig concentreren op de landing. We namen het grote net en daar paste de vis mooi in. Het bleek om een vis van ongeveer 95 cm te gaan.

Niet moeders mooiste, maar wel een indrukwekkende vis. De aanhouder wint dus toch!
Helaas was het niet moeders mooiste. We zagen direct al dat de staart er vreemd uit zag. Geen mooie volle staartvin, maar een bloederige stomp. Iets wat we gaan voorleggen aan Sportvisserij Nederland.
Verder bleek de vis aan één oog blind te zijn. Tja, ook in het water leven gave en minder gave wezens. Deze was duidelijk minder gaaf, maar wel sterk en gezond. Wij hadden in ieder een bijzondere vangst om nog lang op terug te kunnen kijken.

Nu we allebei een vis hadden gevangen, besloten we de glaasjes nog een keer te vullen. Helemaal lukte dit niet meer, maar als bestuurder van de boot nam ik genoegen met het restantje. Bij thuiskomst heb ik de flacon direct weer gevuld om een volgende keer niet zonder ritueel vocht te zitten.

De tik bleek geen tak, want prompt kwam de echte aanbeet.
En verder gingen we weer. Het bleef weer akelig rustig. Toen ik de boot strak langs een paar palen voer, vernam ik een tik. En terwijl ik dit mededeelde aan Jöran kwam de echte aanbeet en kon vis nummer drie worden gearresteerd, Weer op de Ernie. Deze vis was de kleinste tot nu toe, maar zeer zeer welkom. na de foto ging ze snel weer terug.

Jöran raakte op deze stek nog een keer vast, maar wist even later met zijn Wobshad eveneens een snoek te haken. En zo gingen we lekker gelijk op. Nadat deze was vereeuwigd probeerden we het nog een keer langs dezelfde kant. En andermaal gebeurde er iets. Alleen kon Jöran het niet duiden. Dan is het wel zaak om een check te doen op het aas en dit leverde een shad zonder staart op! Duidelijk weer een aanbeet, een aanval op de staart. Mogelijk de revanche van een eerder gevangen vis??

Nog een leuke vis uit het kantje.
Omdat visdagen ook een einde kennen, gingen we weer verder. Aangekomen bij een potentiële verticaalstek, schakelde ik de Honda uit en wilde de Minn Kota in bedrijf nemen. Deze actie leidde er toe dat mijn kleine plug (RK Crawler 55) naar boven wilde drijven. Een actie die de laatste snoek van deze dag er toe over haalde om de plug te grijpen. Zodoende stond de betreffende hengel ineens te stuiteren.















Snel nam ik die ter hand en leidde de vis naar de boot. Daar ging het rubber net er onder en hadden we een hand vol snoeken. En daar bleef het bij, want verticaal bleek er andermaal geen succes mogelijk vandaag. Ook het hele stuk terug naar de helling, bleven de aanbeten uit. Op het laatst was ik al aan het opruimen, terwijl Jöran tot het laatst volhield.

Revanche ?
We waren mooi op tijd terug bij de helling en voordat het echt donker werd, reden we huiswaarts. Het was alleszins de moeite waard geweest. Helaas geen zonnetje, zodat het tegen de wind in koud aanvoelde bij een watertemperatuur van 5,8 graden. Een stuk kouder dan op het grotere water van de rivieren. Maar de zichtdiepte was goed genoeg voor een leuke vangst, zeker als we het aantal takken mee zouden tellen.